Lind - Kal-Koritnica (45 km)
Vandaag is de dag aangebroken om 2 landsgrenzen te passeren. Terwijl ik weer de tijd neem om mezelf op te laden voor de dag, met een goed ontbijt en genietend van het uitzicht waar ik wakker ben geworden, maak ik langzaam aanstalten om de zware etappe te starten.
Net na de middag heb ik alles weer op de fiets gepakt en begin ik aan de route. Vanuit Lind, vlakbij Arnoldstein, begin ik aan m’n laatste kilometers in Oostenrijk. Ruim 30 kilometer klimmen voor de boeg, direct vanaf de start. Arnoldstein passeer ik al na een paar kilometer en niet lang daarna kom ik aan bij de Italiaanse grens. Enigszins gespannen zie ik douanebeambten en politieagenten staan bij de grensovergang, maar tot mijn opluchting leidt het fietspad me langs de controlepost en kan ik ongehinderd door fietsen Italië in. Na nog even snel een foto te hebben gemaakt van het bord voor het bewijs en de herinnering natuurlijk.
Het fietspad na de grens wordt gelijk een helse onderneming, met 15%(!) lijkt het wel alsof de Italianen willen waarschuwen voor wat komen gaat. Het deert me op dat moment niks, ik ben in Italië! Het fietspad leidt me door een geweldig mooi stuk natuur, dat door de hevige regenval van de laatste weken overweldigend groen is. Via een aantal kleine dorpjes, waarvan veel huizen onbewoond en achterstallig zijn achtergelaten, fiets ik richting Tarvisio.
Eenmaal daar hoor ik ineens “tsssst”. Mijn tweede lekke band is een feit. Ik moet er weer aan geloven en de fiets wordt weer afgepakt en op de kop gezet. Ik weet nu hoe het kunstje werkt en de band is zo vervangen, ik kan weer verder. Het geluk dat ik had tijdens het wisselen van de binnenband, het was droog, bleek het enige moment tijdens de rit zonder regen. Na Tarvisio kom ik op een doorgaande weg die me zou leiden naar de Passo del Predil.
Wat me opvalt zijn de vele verlaten huizen die op instorten staan, het net aangelegde asfalt verbloemd nog enigszins de armoe die heerst in dit deel van Italië. Zo kom ik aan in Cave del Predil, een oud mijnwerkersdorp dat voor de helft onbewoond is en een beetje spookachtig aan doet. De mijn is nu een museum en de paar bewoners die er nog zijn leven van het toerisme dat daarop af komt.
Na Cave del Predil gaat het weer met flinke percentages omhoog. De wereld om mij heen lijkt wel een filmset. Alle bergtoppen verborgen in een sluier van wolken en het groen van de bossen en blauw van het water brengt kleur in een verder grauwe omgeving. Wanneer ik na het dorp omhoog klim en linksaf sla naar de Passo del Predil ontwaard zich rechtsonder mij een hemelsblauw meer, Lago del Predil, omringd door bossen en bergen. Een schitterend uitzicht.
De bergpas langs het meer omhoog is gigantisch stijl, maar gelukkig begin ik de hoogtemeters steeds beter te verteren. Met constant dat schitterende uitzicht dat ik na iedere haarspeldbocht van iets hoger kan aanschouwen. Na bijna 32 kilometer fietsen kom ik aan op de top van de bergpas op een hoogte van 1156 meter. Bij vertrek was ik op 580 meter. Afzien, maar de o zo mooie omgeving betaalt dat meer dan genoeg terug.
De top van de bergpas is gelijk de grensovergang naar Slovenië. Wat een mijlpaal! Dag 20 van mijn reis en ik ben al in Slovenië! Het land waar ik al zoveel van had gehoord en over had gelezen. En de binnenkomst maakte het gelijk een kennismaking van jewelste. Terwijl ik de top in zicht had kwamen de wolken me al tegemoet. Nadat ik de top en de grens passeerde, dat bestond uit een verlaten hokje zodat ik zo door kon fietsen, belandde ik in een mystieke omgeving van hoge bergen en diepe dalen hangend in de wolken, met één enkel slingerweggetje dat me via een steile afdaling naar beneden moest leiden.
Met kippenvel over mijn hele lichaam stuurde ik mijn fiets met de handen aan de remmen naar beneden. De wolken voelde ik langs me heen suizen en het landschap leek wel op die uit een Jurassic Park of Avatar film. Het eerste dorpje waar de gebroken weg mij bracht was Strmeç. Een dorp gelegen op 1000 meter hoogte met een uitzicht dat werkelijk adembenemend was. Uitkijkend over dorpen gelegen in het dal, met huizen zo klein als mieren, de bergen magisch bedekt met sneeuw en een sluier van wolken. De hoogteverschillen, de vergezichten. Verwonderd worden door de schoonheid van de natuur. Dat is wat er met me gebeurde.
Ik kom op die plek 2 Hongaren tegen van mijn leeftijd, die hier op roadtrip zijn en met hen kan ik dat gevoel van magie delen. Helemaal overdonderd door wat we zien. De jongens zijn verbaasd over wat ik aan het doen ben en ik krijg 2 energierepen van ze en een biertje voor als ik over ben. Goeie gasten dus. We spotten nog een zwarte salamander met gele stippen die de weg oversteekt. Een boks van Ollie en z’n maatje en ze rijden weer weg, hun weg vervolgend. Ik blijf nog even staan in de miezer. Hier kan ik wel uren naar kijken.
Nog zo’n 12 kilometer afdalen tot aan mijn eindbestemming nabij Bovec waar ik een slaapplek heb voor de avond. Tijdens de afdaling merk ik pas hoe koud ik het eigenlijk heb, maar het wonderschone Slovenië neemt dat allemaal weg. Om mij heen de ene na de andere waterval die uit de bergen neerdalen in de Koritnica. De hevig stromende rivier die me begeleidt naar m’n bestemming. De weg kronkelt verder naar beneden en door de natte bossen kom ik uiteindelijk aan in Kal-Koritnica.
Het is al bijna half acht, de rit heeft me vaak gedwongen om te stoppen en om me heen te kijken. Compleet doorweekt als ik ben, wordt ik opgevangen door Florent en Florence, een Fransman en een Belgische die samen de wereld over zijn gefietst en uiteindelijk zijn neergestreken in Slovenië. “Het mooiste paradijs dicht bij huis”. Tot nu toe geef ik ze geen ongelijk.
Na een heerlijke douche die me terug op temperatuur brengt, een biertje uitgekozen uit de bierkelder en te hebben geknuffeld met Soça, een kruising tussen een golden retriever en een witte herder en vernoemd naar het dal en de rivier in de buurt, schuif ik aan voor een diner dat me heel goed zal smaken. Gnocchi met groene asperges, boekweit en spek van het varken van de buurman. Een gezellige avond volgt, waarbij ik aandachtig luisteren naar al hun geweldige reisverhalen.
Tot slot nog even gebeld met Merle en Rachèl. Fijn ook het contact met thuis te houden. Deze weergaloze dag heeft me moe gekregen. Ik zoek mijn bed op en ben binnen een paar seconden weg. Allemachtig wat was het mooi. Kom maar door met wat komen gaat.
Wauw Bjorn zo mooi je verhalen, ook zo “beeldend” verteld, je neemt me helemaal mee in je reis 💪👍